Bepaalde tijden in het jaar die verband houden met oude tradities lijken zelfs nog pijnlijker voor de bevolkingsgroepen die in oorlog verwikkeld zijn. In onze westerse landen met christelijke cultuur, rijmt de winterperiode en meer bepaald Kerstmis, met licht, geboorte en vernieuwing, staakt-het-vuren en delen. Begrippen en overtuigingen met een verre oorsprong. Ziehier enkele feiten die zich afgespeeld hebben in Land of Memory en opgetekend werden dankzij talrijke getuigenissen. Zij zullen je bevriezen of je hart verwarmen.
In de Middeleeuwen werd de Godsvrede ingevoerd. Dit liet toe de agressieve impulsen in de maatschappij te beteugelen en zorgde voor een tijdelijke stop van de militaire operaties tijdens bepaalde periodes in het jaar. Dit heeft men zeker niet vergeten met Kerstmis 1914 … ergens in de loopgraven in België. Een deel van de menselijkheid werd teruggevonden. Duitse en Britse soldaten beslisten uit hun loopgraven te komen en deelden sigaretten, souvenirs en … organiseerden een voetbalwedstrijd. In de bossen van Ploegsteert (Komen – Warneton) installeerden Duitse soldaten op de top van hun schuiloord bomen verlicht met kaarsen en zongen Kerstliederen waarop de Britten antwoordden. Deze uitwisselingen gingen door tot januari 1915, niettegenstaande elke verbroedering met de vijand strafbaar was. De verbroedering die verteld wordt door Christian Carion in zijn film “Zalig Kerstfeest” is gebaseerd op wat zich afgespeeld heeft in de loopgraven rond Ieper.
Gebeurtenissen die onsterfelijk gemaakt zijn door een kruis bij het gedenkteken van Ploegsteert.
Met Kerstmis 1914, in de Gaume, krijgen de soldaten van het 5de Leger van Kronprinz Wilhelm van Pruisen een pijp waarvan de kop in aardewerk versierd is met zijn beeltenis. De soldaten aan de IJzer krijgen, met Kerstmis 1916, op hun beurt, van Koning Albert een lederen etui met zijn monogram en inscriptie “Ijzer Kerstmis 1916”.
In de 15de eeuw bestond de traditie in de Elzas om de dennenboom te versieren met appels en offerbrood. De gewoonte breidt zich van hier uit naar de Germaanse landen en meer bepaald bij de Duitse burgerij. De Duitse emigranten brengen deze gewoonte naar de Angelsaksische wereld in de 19de eeuw. Een Germaanse traditie die opnieuw verschijnt in België in 14. De Duitse soldaten streven ernaar om, in een bezet land, de sfeer te brengen van een Kerstavond. Dit is welbekend bij de geallieerde troepen ( Britten en Amerikanen) en zo wordt deze gewoonte erkend bij de bevrijding van 1918. De dennenboom wordt zo een symbool van teruggevonden vrede. En enkele decennia later, tijdens de Slag om de Ardennen, wensen burgers en soldaten Kerstmis te vieren rondom een geïmproviseerde kerstboom.
In de 4de eeuw hebben de Christenen gekozen voor de langste nacht van het jaar om de geboorte van Christus te vieren, licht in de duisternis volgens hun geloof. Tijdens de Grote Oorlog, ontdekken we tradities afkomstig van Duitsland en Noord-Europa, zoals de Adventskrans versierd met brandende kaarsen vanaf het begin van de Advent. Bij deze gewoontes kan je nog het plezier toevoegen voor het samenstellen van een stal. De eerste levende kerststal wordt toegeschreven aan Franciscus van Assisi in de 13de eeuw. Maar het is pas in de 16de eeuw dat de kerststallen hun intrede doen in de huizen. In 1918 hebben de Duitsers een traditionele kerststal uit Lotharingen in de Gaume achtergelaten.
In de omgeving van Bastenaken, te Champs, brengt een Duitse officier, in december 1944, een aangrijpende Kerstboodschap tijdens een tragisch gevecht. In dit dorp aan de rand van Bastenaken zullen de soldaten van huis tot huis vechten. Op Kerstdag is de grond bezaaid met lijken en zijn er veel gewonden. Hierbij enkele fragmenten van wat hij op het bord in de school schrijft: “Moge de wereld nooit nog zo’n Kerstnacht beleven! Sterven door wapens, ver weg van zijn kinderen, zijn echtgenote en zijn moeder, is die een mens waardig? Het is uit ruïnes en bloed dat de universele broederschap zal geboren worden.” Een boodschap die de leraar half januari 1945 zal ontdekken in zijn verwoeste school.