De slachtpartij van Malmedy, of de slachtpartij van Baugnez was een oorlogsmisdaad die begaan werd in december 1944 door een Duitse eenheid, de Kampfgruppe Peiper.
De SS officier Joachim Peiper leidde deze groep. Hij had als opdracht de bruggen over de Maas in te nemen in de omgeving van Hoei. Na een moeizaam begin van zijn opdracht omwille van de Amerikaanse troepen, slaagde Peiper erin zijn route te volgen. Meerdere dodelijke aanvallen worden gemeld als gevolg van de doorgang van de Kampfgruppe. Op 17 december ontmoet deze eenheid een Amerikaans konvooi op het kruispunt van Baugnez, op enkele kilometers ten zuiden van Malmedy (BE). De Duitse soldaten openen het vuur en, bij gebrek aan zware artillerie, zagen de Amerikaanse soldaten zich verplicht zich over te geven.
In de loop van de dag, in duistere omstandigheden, openden de Duitse soldaten het vuur op de Amerikaanse gevangenen en begingen hiermee een oorlogsmisdaad. Enkele overlevenden wisten te ontsnappen en konden de geallieerde linies vervoegen. Pas op 14 januari 1945 konden de Amerikanen de lichamen van de slachtoffers, die bedekt waren met sneeuw, wegnemen.
Andere slachtpartijen met Amerikaanse gevangenen werden de volgende dagen nog gerapporteerd. Op 18 en 19 december 1944, uiteindelijk, beging de groep slachtpartijen waarbij 100 burgers de dood vonden.
Deze gebeurtenis noemt men de “slachtpartij van Malmedy”, hoewel de stad nooit bereikt werd. Deze oorlogsmisdaad werd het voorwerp van een vonnis uitgesproken door het Tribunaal van Dachau tijdens een proces gehouden in 1946.
