Het fort werd gebouwd tussen 1888 en 1892, op initiatief van Generaal Brialmont, de vader van de moderne versterking. In tegenstelling tot de Franse forten van die tijd, werd het fort van Hollogne volledig gebouwd in niet versterkt beton, een relatief nieuw materiaal toen.
Tijdens de slag bij Luik, tijdens de eerste Wereldoorlog, hebben de Duitsers dit fort zwaar gebombardeerd. Na drie dagen onafgebroken bombardementen, kreeg het fort gebrek aan munitie. Het gaf zich over aan de Duitse troepen de ochtend van 16 augustus. Slechts 10 minuten nadat het fort van Flémalle de wapens neerlegde.
In tegenstelling tot het merendeel van de forten van de P.F.L., wordt het fort van Hollogne niet gemoderniseerd in de tussenoorlogse periode. In 1918 bouwde het Belgische leger het fort om tot een munitiedepot.
Tijdens WO II bombardeerden de Stukas ( Luftwaffe-eenheden, de Duitse luchtmacht in WO II) het fort per vergissing. Deze laatsten hadden zich vergist met het fort van Flémalle. Na een korte nieuwe Duitse bezettingsperiode, deed het fort dienst als militair hospitaal voor de Amerikaanse troepen tijdens de winter van 1944-1945, tijdens het Ardennenoffensief.
Vervolgens heeft de Belgische luchtmacht dit fort omgevormd tot een commando post tijdens de Koude Oorlog. Pas in 1994, na een persoonlijke tussenkomst van Koning Albert II, verkreeg het Comité ter Bescherming van het Fort een concessie voor het beheer van de site.
Vandaag is het fort een museum. Het is de plaats voor vele herdenkingsceremonies. Er vinden regelmatig tentoonstellingen plaats. Deze vertellen de geschiedenis van WO II en de opkomst van het nazisme in Europa. Ga zeker dit fort van Hollogne bezoeken met zijn boeiende geschiedenis.