Generaal Brialmont is de architect van het geheel van forten van de Versterkte Positie van Luik in 1914. Van het Fort Hollogne tot dat van Flémalle. Hij is eveneens de ontwerper van de versterkingen van Antwerpen en van Namen. Brialmont wordt bijgenaamd de “Belgische Vauban” met verwijzing naar de beroemde Franse militaire architect. In tegenstelling tot hem waarvan hij de bijnaam kreeg, is hij constant verplicht zichzelf opnieuw uit te vinden om de snelle vooruitgang te volgen betreffende de zware artillerie. Zijn bouwwerken worden over de hele wereld bewonderd.
Brialmont blijft zijn hele leven op zijn hoede. Inderdaad, hij dringt aan op de noodzaak om regelmatig de bewapening van de forten aan te passen en te moderniseren om niet voorbijgestreefd te raken tegenover de vooruitgang in de artillerie. De passiviteit van de Belgische overheid veroorzaakt trouwens, wat dit onderwerp betreft, de val van de linies van de versterkte positie rond Luik in 1914. Op het einde van de XIX-de eeuw, kon de kracht van een kanon de 210mm niet overschrijden en de weerstand van het beton werd van tevoren hierop berekend. Dit is ook de reden waarom het aanvoeren van Dikke Bertha door de Duitsers, de Belgische strijdkrachten verrast heeft: zij was in staat obussen uit te stoten tot 420mm. Ondanks de inspanningen van de weerstand die begroet werden door de Duitsers, wordt de vrees van Brialmont waarheid. Hij overlijdt echter in 1908 en maakt de val van zijn werk niet mee.
Hij wordt geraadpleegd door Japan, Roemenië, Bulgarije en zelfs door de Sultan van Constantinopel en wordt beschouwd als één van de geniën van zijn tijd op het vlak van de militaire versterking en architectuur. Als een grote polemist maar ook dromer, engageert hij zich reeds vroeg in de politiek en blijft hij het universeel stemrecht verdedigen alsook de militaire dienstplicht.
Heb je informatie over gebeurtenissen die je familie beleefd heeft in één van de twee grote wereldconflicten? Met het brengen van je getuigenis, vul je onze rubriek “het voorbeeld van onze helden volgen” nog meer aan.